Sinds kort probeer ik mijn vader te overtuigen van de functie die social media kan hebben bij het starten van een bedrijf. We voeren dit gesprek nu een maand of vijf – daarvoor was ik even sceptisch als hij. Misschien is ‘voorzichtig’ een beter woord. Twee jaar geleden kwam ik er namelijk door een vervelende loop van omstandigheden via hyves achter dat ik tante zou worden. Wij – mijn familie en ik – waren zachtjes gezegd not amused. Concrete situatie: Informatie via glasvezelkabels gaat sneller en publiekelijker dan mensen kennelijk vermoeden.
Goed. Secuur zijn met social media gebruik was al bekend, maar hierdoor kwam er een vervelend waasje te liggen over een medium dat ook prachtige en zeer bruikbare mogelijkheden in zich heeft. Maar hoe gebruik je dat dan?
Gelukkig zijn er talloze professionals die hier cursussen en trainingen in geven, en leren zowel de Scpetici, als de Ik-Gooi-Alles-Maar-Gewoon-Het-Luchtruim-In-types de middenweg kennen en spreidt de term ‘integriteit’ zich tot in de provincie uit. Eenmaal hoezee!
Terug naar mijn vader. Hij – 64, Fries, verkoper, onderhandelaar & sociale duizendpoot- vindt het nog steeds niks ‘al dat gedoe op internet’. ‘Maar het is als netwerken, pap’. zeg ik aan de telefoon. ‘Ik kan toch moeilijk heel Amsterdam af fietsen en folders door de bus gooien. Of iedereen constant bellen zodat ze me onthouden. Daar heb ik ten eerste geen geld voor en ten tweede geen tijd’. ‘Maar verkopen gaat altijd persoonlijk,’ zegt hij. ‘Je drinkt een bak koffie, je praat wat over het weer en je verkoopt eens wat’. Ja. Dat snap ik wel. Daarom reed hij duizenden kilometers per jaar en herinner ik me avonden lang die mijn vader bellend doorbracht.
Alleen wil ik dat niet. En omdat ik in 2011 leef hoef ik dat ook niet. Ik hoef alleen voor een laptop en een internet-verbinding te zorgen. ‘Dat kost net zoveel tijd’ zegt hij. ‘En dan heb je ook nog niks verkocht!’ Hmm. Dat klopt. Ik moet nog steeds in het directe contact met een opdrachtgever laten zien dat ik de meest geschikte persoon ben voor het feest. Omdat ik geen wasknijpers verkoop maar mezelf als dienstverlener, is persoonlijk contact even essentieel.
Een tijd later vervolgen we ons gesprek. Ondertussen heb ik twitter ontdekt, heeft twitter mij ontdekt en herken ik Twitteriaans gedrag bij anderen dat ik goed kan relateren aan het ‘echte’ leven dat ik ken. Zoals ‘Ik volg jou alleen, als jij mij ook volgt’. ‘Als ik populair praat, dan word ik vanzelf ook populair’. Mensen die honderden anderen volgen om op die manier ook zelf maar een publiek te trekken. Kennelijk zijn daar door twitter allemaal technische hulpmiddeltjes voor gemaakt, zodat je ook dat weer volgen kunt. Interessante situatie. Onderzoekswaardig. Maar wel een beetje raar.
Mijn vader, die overigens al jaren computerles geeft aan 60+ers, en daarbij helemaal niet een suf bekrompen typje is, heeft er ook over nagedacht. Het financiële aspect spreekt hem aan. Nogmaals Hoezee! Maar de rest moet toch echt persoonlijk gebeuren. ‘En hoe dan?’ vraag ik. ‘Dan moet ik dus nog steeds het hele land door en op de koffie?’. Tja. Daar hebben we beiden geen antwoord op. Tot hij opeens enthousiast ‘De Soos’ roept. ‘De Soos?’. ‘Ja, de Soos’ zegt mijn vader. En hij vertelt over hoe hij als zestienjarige op vrijdagmiddag met zijn vader mee ging naar De Soos in het dorp. Hij een frisdrank, zijn vader een borrel. Alle boeren uit de omgeving kwamen op vrijdag naar de Soos. Borrels drinken en handelen. Hij klinkt opgewekt en opgelucht. Alsof het antwoord op een hele ingewikkelde kruiswoordpuzzel gevonden is. Ik ben er nog niet gerust op. Maar mijn vader lijkt helemaal tevreden met de constatering dat de Soos vanaf vandaag synoniem is aan twitter, facebook & linkedin. En wat doe ik dan met al die mensen die volgen, ontvolgen, dit willen, dat roepen…? Oh, die negeer je gewoon’, zegt hij. ‘Net zoals in het echt. Als je jezelf niet bent, dan werkt het toch nergens’.
Gelukkig. Dan is ons informatietijdperk toch nog een beetje zoals vroeger. Een laatste Hoezee!
Top, de Soos!!! Ik ben dankbaar voor t sociale netwerk, omdat ik anders snel in een isolement zou komen, als chronisch zieken. MAAR, soms kijk ik om mij heen, in een koffie tentje, of op iemands foto…en dan zie je zoveel mensen verdiept in hun ‘zwarte bes’ of laptop, aan het lachen in zichzelf! Dan denk ikL ‘Kijk om je heen!’ Mensen, real life!
Dag Hans,
Haha, ik heet Annette. Maar leuk dat je reageert! :) Sanne had mijn blog ge-retweet, vandaar dat je via haar twitter bij mij terecht kwam.
Mooie vergissing in de lijn van dit verhaal over social media gebruik! Haha!
Hoop dat je mij ook op de hoogte blijft houden, al heet ik dan geen Sanne, hihi! ;) Groeten, Annette
Mooie tekst, Sanne.
Woon zelf al ruim 30 jaar in de ‘integere provincie’. Heb vooral in het begin het meest moeten wennen aan het overschot aan tijd dat er hier is. Met je kont op vrijdagmiddag op een lege bierkrat ouwehoeren met de ‘collega’s’ over de voorbije week, tips en trucs uitwisselen en op dinsdag de tips toepassen bij de klant waarmee je een wandeling door een natuurgebied had georganiseerd. Eindpunt café. Teksten bakken tot in het weekend, maandag leveren, dinsdag overleg, woensdag factureren en vrijdag cashen. Ben nog net niet zo oud als je vader maar wel met hem eens, zakendoen is mensenwerk.
Zoek zelf nog steeds naar de gulden middenweg. Hou je op de hoogte.
vr.gr.,
hans
GEWELDIG!!!