Waarom de vakbond een overprijsde verzekeringmaatschappij is en haar langste tijd gehad heeft

NOTE. Er zit copyright op dit blog (!) 

 

In het voorjaar van 2017 belde ik uit nieuwsgierigheid een rondje langs alle vakbonden in ons land. Ik zat toentertijd midden in een veldverkenning met betrekking tot het Nederlandse onderwijslandschap en viel van de ene verbazing in de andere. Zo bleek dat veel invallers op de laatste schooldag voor de zomervakantie ontslagen worden, om op 1 september van het nieuwe schooljaar weer aangenomen te worden. Dan zit je als starter mooi met een financieel gat van zes weken. Leek mij een goede vraag voor de vakbond. Dus ik belde iedereen op. Gezellig. 
Maar overal kreeg ik nul op het rekest. Want ik ben ‘geen’ lid. Zelfs tijdens het wachtmuziekje met dito introtekst werd al uitgelegd dat ze me echt beter konden helpen als ik lid was. Dat kon trouwens ‘al’ voor €10 netto per maand. 

In de maanden die volgden sprak ik verscheidene mensen over dit thema. ‘Is de vakbond nog wel nodig in de 21ste eeuw?’ vroeg ik me vaak hardop af. Waar digitalisering essentiële antwoorden biedt voor vraagstukken, die we in de eeuw hiervoor nog bellend of vergaderend moesten doen. Ik denk betoog van niet. Wat mij betreft zegt u morgen allemaal uw abonnement op, gaat er eens lekker van uit eten en zet een nieuwe strategie uit. ‘Maar hoe dan? De vakbond helpt me toch als er ellende komt. En wie moet me dan helpen..?‘. En daar ligt inderdaad de crux: Het bestaansrecht van de vakbonden is er enkel bij de gratie van het collectief. Het is een beetje als bij facebook: als we morgen allemaal vertrekken, is overmorgen facebook stuk. Of zoals de Intertoys – kopen we morgen niks meer, dan is overmorgen Intertoys failliet. Een vrij normaal gevolg van vraag-aanbod frictie. Wat parallel daaraan betekent dat de opheffing van de vakbonden direct gepaard gaat met een directe collectieve handeling. En zolang we nog niets beters hebben gevonden, blijven duizenden mensen dus jaarlijks miljoenen betalen aan een systeem dat met een paar tientjes klaar zou kunnen zijn. Dit moet anders kunnen, en dat kan ook…!

Het praktijkvoorbeeld

POinActieeen grassroots initiatief uit het basisonderwijs – heeft in 2018 behoorlijk bewezen dat het anders kan. Dat de bonden en de politiek dit sprookje de kop in probeerde te smoren mag geen geheim heten (ik zal u zo vertellen hoe). Even in het kort: Jan en Thijs schreven onafhankelijk van elkaar een stuk over het lage salaris van de leraar. Dit rouleerde op twitter. Paul zag dat, maakte een facebook-groep met de titel ‘POinActie’ en drie maanden later waren er 45.000 leraren aangesloten. Het momentum was daar (handig, met een demissionair kabinet aan de zijlijn).
Wat de mannen bewonderenswaardig aanpakten was, meteen verbinding maken met de bestaande vakbonden en – in zekere zin – een coalitie sluiten. Er ontstond een coalitie-naam: Het POFront. Gezamenlijk kondigden ze een prikactie aan (27 juni) gevolgd door een landelijke staking (5 oktober). Daarna kwam er een ‘estafette-staking’ per landsdeel. En, de kers op de taart: POinActie doopte zichzelf om tot tijdelijke vakbond, zodat ze plaats konden nemen aan de cao-tafel. Ze vroegen kleine donaties via de facebookgroep, om een dag in de week vrij te nemen en gingen aan de slag.

Opvallende interventie hierin: Tijdens die cao-onderhandelingen plaatsten ze alle overwegingen dírect in de facebookgroep. 45.000 mensen konden meekijken, meedenken, meepraten en meehelpen om de standpunten goed te verwoorden en toevoegingen te leveren. En ik weet het niet met u, maar als ik me betrokken en gemotiveerd voel, dan vergeet ik de tijd en ga als een speer om bij te dragen. Zo ook die duizenden basisschool leraren! Nadat het akkoord gesloten was, hief de tijdelijke vakbond zichzelf weer op en gingen Thijs en Jan terug naar hun core-business: lesgeven. Klaar!

Tijden veranderen

Wat na dit fenomeen te verwachten was gebeurde: Zo ontstond er ook een ‘ZorginActie’ facebookgroep (27.762 leden) en een Politie facebookgroep genaamd ‘Malieveld2.0‘ (5.824 leden), die beiden hetzelfde beoogden als POinActie: Een betere cao. Maar – zonder iemand tekort willen doen – die unieke energie die POinActie creëerde, was zowel in de zorggroep als in de politiegroep niet terug te vinden. We kunnen lang debatteren over de redenen, al zullen we dan allemaal gelijk hebben. Wat interessanter is, is om te kijken naar de toekomstmuziek die dit met zich meebrengt. Veel mensen in ons land zijn duidelijk ontevreden over de gang van zake, en alle antwoorden vanuit politiek-bestuurlijke contreien zijn oude wijn in nieuwe zakken. Er zijn gele hesjes, klimaatspijbelaars en op 15 maart as. staakt voor het eerst in de geschiedenis het voltallige onderwijsveld van basisschool tot universiteit. De politiek zwijgt in alle talen. Misschien ook wel terecht, want wie heft er nou vrijwillig zijn eigen baan op?

Blijven schreeuwen of met slimme antwoorden komen?

Even wat feiten. We nemen het onderwijsveld: De onderwijsvakbonden en vakverenigingen verdienen jaarlijks ruim 32 miljoen euro verdienen (netto 19 miljoen van zo’n 134.000 onderwijsmensen + 13 miljoen uit de staatskas). Dat is heel veel geld, voor niet zo heel veel werk. Ze moeten daar A) salaris van doorbetalen bij stakingen (maar jeminee, we zijn geen Frankrijk waar de staakcultuur in het stokbrood terug te vinden is). Ze moeten ook B) juridische hulp bieden. En ze doen dus iets met C) de cao. Hun verdienmodel is letterlijk gebaseerd op de gedachte dat de arbeider áltijd aan het kortste eind trekt. Dat is niet alleen een hele treurige gedachte, maar ook een achterhaalde. In die zin zijn ze eigenlijk een verkapte verzekeraar: ‘Als jij ons maar geld geeft, verzekeren we jou voor hulp.

We leven in tijd van overvloed, al willen we dat nog veel te vaak niet zien. Dat ligt niet alleen aan de vakbonden, maar ook aan onze geconditioneerde angst voor een trage beweging naar meer eigenaarschap: Onze smartphone is een schat aan gereedschap waar je je twintig jaar geleden blauw aan betaalde. Maar wat doen wij? In plaats van te genieten van de mogelijkheden, zeuren we over de prikkelgevoeligheid en hoe dat ding ons voortdurend in beslag neemt. Onze samenleving is betrokken en verbonden; bijna 50% van de mensen in ons land doet vrijwilligerswerk, maar wat doen wij? In plaats van tevreden te zijn, zeuren we over polarisatie en conflicten in ons land. Overvloed willen we niet zien, want dat past niet in ons mentale verdienmodel. Stress moet er zijn. En dat is wat vakbonden willen: dat wij een abonnementje kopen, zodat zij hun bestaansrecht houden. Het zou de vakbond sieren, die als eerste roept zichzelf overbodig te willen maken! ;)

Slimme antwoorden zijn nodig om voor de simpele noodzakelijkheden van werknemers:
A) Salaris als er gestaakt wordt
B) Juridische info + hulp
C) Onderhandelingspositie bij de cao

Hoe dan?

De drie noodzakelijke elementen (die nu door de dure verzekeringsmaatschappij vakbond geboden wordt) kunnen we prima ondervangen met drie eenvoudige ingrediënten die we natuurlijk allang voor handen hebben:
1) Elkaar.
2) Een beetje geld.
3) Informatie technologie. Anders gezegd; digitale dingen.

1) SAMEN. Er zijn duizenden rechtenstudenten, juristen en aanverwante beroepen met slimme mensen die absoluut best een uur per week zouden willen helpen als er een probleem of arbeidsvraagstuk omhoog doemt. Als we gezamenlijk een arsenaal aan specialisten per regio verzamelen, kun je er nog een kop koffie mee drinken ook. Dat niemand zou willen helpen, is pertinent onwaar sinds we weten dat bijna één op de twee mensen in ons land aan vrijwilligerswerk doet. Dat hoeft dus helemaal niet veel geld te kosten, behalve als je met je arbeidsconflict bij de rechtbank belandt. En daar komt nummer 2) er in…

2) GELD. Op het moment dat er echt-echt-echt geld nodig is, dan is dat voorhanden! Ga maar na wat we besparen als we al die miljoenen miljarden niet meer aan vakbonden geven, maar zelf in een ‘decentraal georganiseerd spaarvarken’ stoppen. Ik hoor het u denken: ‘Weet je wel hoe duur een arbeidsconflict is!?‘ Jep. Gemiddeld zo’n €27.000,- Maar dit soort berekeningen zijn gebaseerd op zowel verzuim- als exitgeld. En stevige obstakels. Ik geloof heilig dat mensen op een andere manier in een conflict zouden staan als alle bureaucratie er tussenuit geschoffeld is. Als de regelgeving simplistischer is (want laten we wel wezen, regels zijn negen van de tien keer een voorschotje op geanticipeerde angst). En dat de overheid transformeert als de samenleving maar volhoudt te zeggen dat het anders moet.
Dan de vraag hoeveel mensen er tegenwoordig arbeidsconflicten hebben? Ook dat is bekend. Ongeveer 32% van de werknemers heeft wel eens ruzie. Ik vind dat schrikbarend veel, maar wederom een briljante reden om het systeem om te gooien. Het huidige is ons klaarblijkelijk allang niet meer van dienst… Waar zijn we dan mee bezig? Decentraal georganiseerde spaarvarkens bestaan er in alle soorten en maten. Neem een kijkje bij de Broodfondsen en je hebt het construct te pakken. Elke organisatie kan een zogenoemd broodfonds oprichten, waar medewerkers intern aan bijdragen. Zo wordt het sociaal kapitaal versterkt en weet iedereen met wie hij ‘zaken’ doet.

En als we staken, wat moeten we dan? Wellicht een impopulaire opvatting als u werknemer bent en dacht er zonder kleerscheuren vanaf te komen: Maar als je niet bereidt bent een salarisdag te offeren voor een betere toekomst voor jezelf, dan heb je het wat mij betreft nèt niet helemaal begrepen. Met groei gaat pijn gepaard. Ik begrijp dat niet iedereen op die groei vertrouwt, of de lessen pakt, of ze überhaupt ziet – maar ook dat is een stukje van de eigen verantwoordelijkheid. We leven niet meer in het begin van de industriële revolutie waar fabrieksarbeiders het klokje rond werkten en uitgebuit werden zonder keuze. Wij hebben die keuze. Dan kun je gaan miepen omdat je netto honderd euro misloopt, maar je kunt het ook als een investering zien voor een betere, constructieve en rijkere toekomst.

Vakbondsbestuurders denken dat zij en hun bankpasje onoverkomelijk zijn voor werknemers om op te staan tegen werkgevers. Maar dat is allang niet meer waar. Als er gestaakt wordt op het Malieveld (wat sowieso een onhandige keuze is, maar da’s een ander verhaal), en er voor tonnen aan podia, spandoeken, geluidsinstallaties en faciliteiten geregeld zijn, denken de bonden dat het door hen komt. Feitelijk is dat zo. Maar het slechte nieuws voor de bonden is, dat ál die spullen er precíes zo zouden staan als er geen geld gegeven was. Mensen komen pas in beweging áls er noodzaak is. Dat zie je in elke crisissituatie – bij elk grassroots initiatief – bij elke bottom-up beweging. Spullen zijn altijd voorhanden en kosten niets als je er lief om vraagt bij de juiste mensen. Geld is nergens het essentiële ingrediënt. Maar die wijsheid ontdek je pas als het er even niet is.

3) DIGITALE ALCHEMIE. Veel praktische drempels kunnen met gemak worden weggenomen met technologie. Je moet het alleen wel op de juiste manier gebruiken, maar dat zijn we aan het leren (heus). POinActie liet al zien hoe je, met de juiste attitude en monitoring, een jaar lang 45.000 mensen betrokken kunt houden tot aan de cao-tafel aan toe. In ‘Easycratie in het Onderwijs‘ beschrijven Martijn Aslander en ik hoe je zomaar twee uur per week op je administratie bespaart als je digitale middelen inzet die analoge handelingen vervangen voor geautomatiseerde procesjes. Soms kun je apps verbinden aan elkaar, die uit zichzelf daarna informatie doorsluizen – hoef je zelf niets meer aan te doen. Of het biedt je een hefboom voor andere werkprocessen, waardoor je sneller tractie creëert. Kortom, er is ontzettend veel mogelijk, mits je er in investeert. Zie hier het grote struikelblok voor de menselijke geest in de 21ste eeuw: Korte termijn investeren voor lange termijn winst. Je zou het niet denken, maar het loont nog steeds. Om digitale middelen voor je te laten werken, moet je ze eerst leren kennen. Het is net als fietsen, dan val je ook eerst een paar keer om. Maar of je dat als falen beschouwt, ligt volledig aan jezelf. Schrap het woord ‘falen’ uit je woordenboek, vervang het voor ‘oefenproces’ en je stapt zo weer op die fiets.

Vorige week las ik op twitter via Rene Kneyber over een app die mogelijk een heugelijk antwoord heeft op het ontbrekende stukje om de vakbonden af te schaffen: TeacherTapp. Dagelijks stuurt de app de gebruiker drie survey vragen, in dit geval met betrekking op het onderwijs. Alle vragen zijn gerelateerd aan de dagelijkse organisatie (zie screenshots). TeacherTapp heeft zo’n 3.000 gebruikers in het Engelse onderwijsveld en kan daardoor snel peilen hoe de werkvloer tegen een situatie aankijkt. Dwars door alle bureaucratische, hiërarchische en papieren lagen heen! Wow. Dan heb je een slimme tool in handen! Ik mailde de organisatie over de deelbaarheid en het open-source gehalte van de app. Laura McInerney (co-founder) van de app) liet me weten een ‘for-profit’ organisatie te zijn, wat betekent dat de codes die de app aan de ‘achterkant’ gebruikt niet openlijk gedeeld worden. Maar wat niet is kan nog komen. Aangezien ze pas in hun tweede opstartjaar zitten en de tractie nog groeiend is.

De digitale brugverbinding die TeacherTapp maakt tussen een simpel marketingmiddel en een maatschappelijk probleem, is geniaal. We kennen allemaal de vragenlijsten over koffiefilters, wasknijpers en afwasmiddel. Als je de vaak ellenlange enquete invult, krijg je uiteindelijk een cadeau. Deze vragenlijst hebben de mensen achter TeacherTapp vertaald naar het onderwijsprobleem, en op slimme wijze aangepast zodat meedoen laagdrempelig is. Drie vragen per dag om 15.30uur. That’s it.
Als we deze app inzetten bij een paar miljoenen werkenden, gefaseerd per sector en branche, dan scheelt dat de vakbonden úren, dagen, weken, maanden aan tafelgesprekken en vragenlijstjes! Dan kunnen er een paar afgevaardigden naar de cao-tafel en via de app die achterban peilen (die dan uit duizenden mensen bestaat in plaats van een selectief groep). Ik ben niet de enige die deze verbinding had gelegd. Ook de Guardian had in april 2018 door wat de mogelijkheden zijn en welke hefboom dit soort tools kunnen bieden voor het maatschappelijk veld. Dit biedt enorme kansen!

Ja, maar dit wordt al gedaan…

Hoe beter je idee, des te groter de actiegroep tegen’ grappen Martijn en ik weleens. Ontstaan vanuit onze persoonlijke ervaring bij het opzetten van een groot project. Maar in elke grap schuilt de waarheid. Niet iedereen zit op dit soort vernuftigheden te wachten. Vooral niet de mensen die hun geld verdienen aan het instandhouden van voorschotjes op onze desastreuze toekomst (wat dat betreft zijn vakbonden eigenlijk enorme pessimisten, er van uitgaand dat ze hoe dan ook nodig zijn om de rechten te verdedigen ;)).
Via LinkedIn kreeg ik een paar digitale middelen opgestuurd die een relatie hadden met de cao. Zoals deze, waar werkenden uit de kinderopvang hun cao kunnen lezen. Maar lezen is iets totaal anders dan creëren en bouwen. Of deze, die al iets meer in de buurt komt, een app waar mensen uit de sportsector informatie kunnen vinden en ook een ‘denk mee’-knopje hebben zodat ze input kunnen leveren. Maar let wel, dit is ènkel voor leden. Oliedom! Je mag alleen meedenken als je geld gegeven hebt aan de vakbond. Want tja, het kon eens zo uit de hand lopen dat werkenden ontdekken dat ze het zelf ook kunnen…
Goed bedoelde suggesties, maar de plak mis slaand. Het gaat niet om de app. Of om de cao. Het gaat om dát wat de app aan hefboom biedt, waaraan we nu met z’n allen veel te veel geld en tijd en – dus energie – aan besteden. We zijn een dief van onze eigen portemonnee.

Zeg, als het dan zo makkelijk is, waarom is het dan nog niet gelukt?

Omdat dit alleen werkt als je het met veel mensen samen en tegelijk doet. Dit hele simpele plan lukt alleen bij de gratie van een collectief. Het is de enige macht die in staat is om een functietitel van tafel te schuiven: het collectief. En zolang mensen nog in gele hesjes boos de straat op gaan in plaats van de oplossing te bouwen, moeten we wachten tot de woede bekoeld is. Geeft niet, doen we dat. Maar de politiek gaat ons hier niet bij helpen. Dan zouden ze moeten beginnen met zichzelf onbelangrijk te maken, en dat is nou niet de sterkste eigenschap van een politicus. En ook mensen die je een tientje per maand vragen om het voor je te regelen, zijn niet het antwoord. Als we allemaal een klein beetje doen, kost het ons geen extra geld. Je aansluiten bij lobbyclubs en jezelf upgraden naar de bestuurlijke wereld – het zet allemaal geen zoden aan de dijk…

Er hoeft maar één techneut te komen die het open source bouwt (zodat we het allemaal gratis kunnen gebruiken en herbouwen of beter maken), en we zijn onderweg. Daarna zijn er nog wat mensen nodig die lawaai kunnen maken. Met het goede idee. Met een berg eerlijkheid. En geen gesjoemel (mensen moeten niet hoeven zoeken naar de oprechtheid, die hoort er gewoon te zijn) kun je samen een nieuw systeem bouwen.

Wat ons in de weg zit is de maatschappelijke emotie. Er zijn in Nederland tientallen vakbonden. Ze zijn ontstaan ten tijde van de industrialisatie in de 19e eeuw. Er kwamen in die tijd zoveel fabrieken bij, dat de arbeiders zich soms behandeld voelden als een sardientje in een blikje. Lange werkdagen, slechte omstandigheden en een laag loon, waren oorzaak van de noodzaak om als arbeiders een gezamenlijke vuist te maken tegen de ‘hoge heeren’ die de dienst uitmaakten. Hier moest iets aan gedaan worden. En de oprichting van de vakbond was een feit! De eerste vakbeweging in Nederland werd in 1837 opgericht in Breda, bij een drukkerij. Het was nog geen landelijke bond, maar het bewustzijn van collectiviteit groeide hierdoor wel, wat maakte dat er een kettingreactie van vakbewegingen ontstond. Dit leidde in 1866 tot de eerste landelijke vakbond van Typografen. Zoals met bijna alles, is de intentie van een vakbond dus best een goede. De enige wens van de arbeiders in de 19e eeuw was een gelijkwaardige en rechtmatige behandeling, bekeken vanuit een gezond arbeidsperspectief. Zeer terecht! Echter, we leven nu in de 21ste eeuw. Met nieuwe middelen, een parallelle digitale wereld waarmee we nieuwe structuren kunnen bouwen. De vakbond heeft haar langste tijd gehad. Tenzij… Tenzij ze haar verdienmodel op de schop gooit, een app er in, iedereen uitnodigt en open source de burgverbinding biedt, waar we allemaal op zitten te wachten… Wie biedt?

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

© 2023 Annette Dölle . Theme by Viva Themes.
%d bloggers liken dit: