Ik Speel Toneel, dus ik Besta

Iedereen die wel eens op een podium staat, weet dit al. Iedereen die wel eens een geheim had, weet dit ook. En iedereen die wel eens een geheim van een ander onthulde, is ook op de hoogte. Kortom, waarschijnlijk weten we dit allemaal. En toch vergeten we het weer. Misschien omdat we dat willen. Willen geloven in illusies. In Hans Klok, en in Houdini. In onze relaties, onze vriendschappen, en het beeld dat we zien als we in de spiegel kijken.

Er is een podium-versie van ons, en een privé-versie. De ene voor de zaal. De ander voor de stille momenten alleen, of voor een geselecteerd gezelschap. Ieder moment van de dag kiezen we onbewust wie iets mag zien, en wie niet. Erving Goffman, een aardige Canadees heeft dit fantastische spel, in de jaren vijftig, uitgebreid onderzocht. En Erving ontdekte dat ons dagelijks handelen op dezelfde illusie lijkt als het spel in het theater. Het doek gaat op, de show begint. Het op- en afschminken, de onderlinge afgunst tussen acteurs, de affaire van de regisseur, en de schulden van het gezelschap: We krijgen het allemaal niet te zien. Erving zag dat dit fenomeen meer op ons echte leven lijkt, dan we doen vermoeden en deelde die momenten in als een frontstage en backstage performance. Hij schreef er een boek over, ‘The Presentation of Self in Everyday Life’. Een fijne vent die Erving.

 

Voor me ligt een stapel boeken over Marketing. Lange termijn marketing, korte termijn marketing. Guerrilla Marketing. Marketing via sociale media, marketing bij Multinationals. Marketing in de non-profit sector (wat meestal gewoon subsidie heet).

En allemaal zeggen ze iets anders, en beloven hetzelfde. Ze beloven me dat als ik hun spel maar overtuigend genoeg speel, er Gouden Bergen wachten. Dat het publiek dan avond na avond mijn voorstelling komt bewonderen en de kranten er lovend over schrijven. Er wacht mij de hemel. Maar pas als ik exact doe wat zij zeggen. Want zij weten het. Dat zie je toch aan het succes van hun boek? Aan de oplage en de verkoopcijfers.  Kijk eens hoeveel volgelingen ze al hebben? In ieder voorwoord wordt het nog maar eens verteld. Het bewijs dat ze gelijk hebben. Hoe groter het publiek dat luistert, des te groter de waarheid. Het collectief heeft immers altijd gelijk. De zaal bepaalt of de acteur morgen terug mag komen. Of het toneelstuk goed genoeg was. Zolang wij maar lezen, en doen wat het boek zegt. Dan komt alles goed.

                           

En dat zegt dan weer het marketingplan van het boek  over Marketing. Het toneelstuk over het Boek. Net zoals de rol van het publiek in de zaal. Want ook zij spelen mee.  En hun rol is Publiek zijn. Snelle conclusie: We spelen dus allemaal altijd en overal toneel. Totdat we ervoor kiezen om zoals die Ene te zijn. Die Ene acteur die op toneel zijn cape aflegt, het publiek backstage uitnodigt voor een kop koffie. Of die Ene persoon in de zaal. Die klapt als de anderen stil zijn, een staande ovatie inzet omdat hij wil. Die zelf backstage wandelt om de muur te doorbreken.

De boeken voor me op het kleed staren me aan. Ze roepen naar me: ‘Lees mij. Ik heb jouw antwoorden’. Maar ik zwijg en staar. Ik lees van alles de inleiding en de achterflap, en wandel dan naar de keuken om na te denken en thee te zetten. Onderweg start ik tussendoor een staande ovatie voor mezelf. Gewoon, midden op toneel, met het doek omhoog. De zaal is leeg. Dus nu kan het.  

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

© 2023 Annette Dölle . Theme by Viva Themes.
%d bloggers liken dit: